Verdwijnt het ‘open’ familiefonds?
In maart van dit jaar is het concept wetsvoorstel ‘Aanpassing fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen’ gepubliceerd. Naar aanleiding van een internetconsultatie heeft staatssecretaris Vijlbrief in een brief aan de Tweede Kamer verduidelijking gegeven over implementatie van dit wetsvoorstel. Als dit wetsvoorstel wordt aangenomen, zal dit van grote invloed zijn op familiefondsen die de rechtsvorm van ‘open’ commanditaire vennootschap (CV) of ‘open’ fonds voor gemene rekening (FGR) hebben.
De voorstellen zijn op hoofdlijnen als volgt:
Wijzigingen voor de open CV
In het conceptwetsvoorstel wordt voorgesteld dat de open CV niet langer zelfstandig belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting (hierna: VPB). De open CV wordt vanaf dat moment transparant, waardoor de bezittingen en schulden van de open CV worden toegerekend aan de vennoten. Dit wordt gezien als een overdracht door de open CV aan de vennoot en daarover moet in principe afgerekend worden in de VPB. Dit geldt alleen voor de commanditaire vennoten, de beherende vennoten worden al zelfstandig in de belastingheffing betrokken.
Om acute VPB-heffing uit te stellen, biedt het conceptwetsvoorstel vier faciliteiten:
- een doorschuiffaciliteit: de fiscale claims die rusten op de stille reserves, fiscale reserves en goodwill in de open CV mogen – onder voorwaarden – worden overgenomen door de commanditaire vennoten;
- een aandelenfusie: commanditaire vennoten kunnen de fiscale claims op hun aandeel in de CV – onder voorwaarden – doorschuiven naar een nieuwe houdster BV;
- een gespreide betaling in tien jaar;
- een doorschuiffaciliteit bij terbeschikkingstellingsituaties: commanditaire vennoten kunnen de fiscale claims op het aan de open CV gestelde vermogensbestanddeel doorschuiven, indien het vermogensbestanddeel feitelijk ongewijzigd wordt gebruikt in de onderneming waaruit de commanditaire vennoot winst uit onderneming gaat genieten.
Wijzigingen voor het open FGR
Een FGR brengt tegen uitreiking van bewijzen van deelgerechtigdheid vermogen bijeen om dit collectief te beleggen. Een FGR wordt in de praktijk ook wel gebruikt voor het beheer van familievermogen. Er zijn twee varianten: de open FGR die zelfstandig belastingplichtig is voor de VPB en de besloten FGR die fiscaal transparant is. Een FGR wordt tot op heden als ‘open’ gekwalificeerd indien de bewijzen van deelgerechtigheid in het FGR vrij verhandelbaar zijn. Daar is sprake van als voor vervreemding niet de toestemming van alle deelgerechtigden is vereist. In het conceptwetsvoorstel wordt de definitie van een open FGR aangepast. De FGR blijft ‘open’, en dus zelfstandig belastingplichtig voor de VPB, in de volgende twee situaties:
- de participaties in het FGR worden verhandeld op een gereglementeerde markt als bedoeld in art. 1:1 van de Wet op het financieel toezicht of een daarmee vergelijkbaar handelsplatform; of
- het FGR heeft de verplichting tot inkoop van eigen deelnemingsrechten. Deze verplichting moet uit de fondsvoorwaarden blijken.
Daarbij wordt in het Wetsvoorstel een belangrijke kanttekening gemaakt. FGR’s waarbij feitelijk slechts wordt overgedragen binnen de beperkte kring van familieleden en aanverwanten wil het kabinet niet meer in aanmerking laten komen voor de VPB-plicht. Als niet aan bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, komt het FGR volgens het conceptwetsvoorstel vanaf het moment van inwerkingtreding niet langer in aanmerking voor zelfstandige belastingplicht voor de VPB. FGR’s die niet voldoen aan het nieuwe criterium, worden vanaf dat moment transparant en de bezittingen en schulden worden rechtstreeks toegerekend aan de participanten. Bij deze fictieve overdracht kan acuut vennootschaps- en inkomstenbelasting verschuldigd zijn.
Vele reacties op dit wetsvoorstel
De staatssecretaris heeft laten weten dat er vele reacties zijn binnengekomen op het hierboven besproken wetsvoorstel. Het beëindigen van de VPB-plicht voor open CV’s, open FGR’s die niet voldoen aan de nieuwe definities en familiefondsen heeft namelijk een enorme impact op de adviespraktijk. De verwachting is nu dat het wetsvoorstel in de winter als afzonderlijk wetsvoorstel zal worden aangeboden aan de Kamer, waarbij er eerst nog wordt gekeken in hoeverre recht kan worden gedaan aan de tijdens de internetconsultatie geuite zorgen.
Wij houden u graag op de hoogte van de ontwikkelingen.