Het komt regelmatig voor dat een Nederlandse (beleggings-)B.V. (of een ander lichaam dat belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting) over haar beleggingen dividend uitgekeerd krijgt vanuit het buitenland. Indien bij deze uitkering dividendbelasting is ingehouden, kan deze verrekend worden met de te betalen vennootschapsbelasting in Nederland. Is er te weinig vennootschapsbelasting betaald om de volledige dividendbelasting te verrekenen, dan krijgt men het surplus aan dividendbelasting terug.
Per 1 januari 2022 is dat niet meer zo: vanaf dat moment wordt het surplus alleen nog maar verrekend in de toekomst op het moment dat er voldoende vennootschapsbelasting wordt betaald. De termijn hiervoor is oneindig, mits er een voorheffingsbeschikking is afgegeven. In deze beschikking wordt het bedrag aan onverrekende dividendbelasting vastgelegd.
De achterliggende gedachte hierbij is dat binnenlandse en buitenlandse lichamen nu op dezelfde manier behandeld worden. Buitenlandse lichamen hadden de mogelijkheid van een teruggave van dividendbelasting al niet.