20 maart 2023

Aanpassing van vbi-regime en open fonds voor gemene rekening

Zoals al eerder aangekondigd door het kabinet, treden vanaf 2024 naar alle waarschijnlijkheid belangrijke wijzigingen in werking voor vrijgestelde beleggingsinstellingen (vbi’s) in de familiesfeer en de zogenaamde open fondsen voor gemene rekening.

Wijzigingen vbi-regime

Voorgesteld wordt om het vbi-regime per 2024 alleen nog open te stellen voor lichamen die een vergunning hebben en onder toezicht staan van de Autoriteit Financiële Markten. Dit betekent dat de mogelijkheid om gebruik te maken van het vbi-regime bij het beleggen van privé- of familievermogen vervalt. Het verliezen van de vbi-status zal voor deze ‘familie-vbi’s’ betekenen dat het lichaam regulier belastingplichtig wordt voor de vennootschapsbelasting. In beginsel zal de belastingplicht als het wetsvoorstel inderdaad in werking treedt ontstaan per 1 januari 2024. Overwogen kan worden om in geval van een verwacht verlies in het jaar 2023 er voor te zorgen dat er al dit jaar een belastingplicht ontstaat. Graag zijn wij u bij deze afweging behulpzaam.

N.B. Voor vbi’s die nu nog worden gedreven in de vorm van een open fonds voor gemene rekening in plaats van een N.V. gelden nog andere wijzigingen, zie hieronder de wijzigingen voor open fondsen voor gemene rekening.

Wijzigingen open fondsen voor gemene rekening

Ook voor de zogenaamde open fondsen voor gemene rekening treedt een belangrijke wijziging op. Alleen fondsen die een vergunning hebben en onder toezicht staan van de Autoriteit Financiële Markten kunnen belastingplichtig blijven voor de vennootschapsbelasting. Alle overige open fondsen, zoals familiefondsen, vbi’s of open fondsen die zijn opgetuigd in het kader van anonimisering, worden zoals het er nu naar uit ziet vanaf 1 januari 2024 fiscaal transparant.

Fiscale gevolgen

Het niet-zelfstandig belastingplichtig worden van het fonds voor gemene rekening heeft tot gevolg dat:

  1. Door het fonds vennootschapsbelasting moet worden betaald over de aanwezige stille reserves en goodwill bij de beëindiging van de belastingplicht (dit komt naar voren in de laatste aangifte vennootschapsbelasting).
  2. Door de participanten inkomstenbelasting Box 2 (aanmerkelijk belang) zal moeten worden betaald over het verschil in waarde van de participatie op het moment van het vervallen van de vennootschapsbelastingplicht en de verkrijgingsprijs van deze participatie.

Directe heffing van inkomsten- en vennootschapsbelasting kan op drie manieren worden voorkomen:

  1. Er kan onder voorwaarden gebruik worden gemaakt van een betalingsregeling. De verschuldigde inkomsten- of vennootschapsbelasting dient dan in tien jaar (in gelijke delen) te worden betaald (vrij van invorderingsrente).
  2. Er geldt een doorschuifregeling voor de vennootschapsbelastingclaim als alle participanten belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting en hierop samen een beroep doen.
  3. Er komt een mogelijkheid om het fonds onder gemene rekening geruisloos om te zetten in een besloten vennootschap door middel van een zogenaamde aandelenruil.

Ook voor de overdrachtsbelasting worden maatregelen getroffen om te voorkomen dat de omzetting naar een B.V. lijdt tot heffing van overdrachtsbelasting.

N.B. voor de zogenaamde besloten fondsen onder gemene rekening die ook onder de huidige wetgeving al fiscaal transparant zijn treden er geen wijzigingen op.

Heeft u een open fonds voor gemene rekening of een vbi, dan begeleiden wij u graag bij de overgang.